Herfst 1651, tijdens de Fronde des Princes, vlucht de jonge koning Lodewijk XIV weg van Parijs. Hij wordt echter gedood door bandieten. De musketier d'Artagnan, die belast was met de bescherming van de koninklijke familie, is nooit van dit trauma hersteld. Een paar dagen na deze gruwelijke gebeurtenis wint de Prins van Condé de Slag bij Cognac en levert hij Frankrijk uit aan de Spanjaarden. Twintig jaar later probeert de verbannen kardinaal Mazarin een laatste alliantie te vormen om Frankrijk te heroveren. Hij roept zijn betrouwbaarste man terug om een belangrijke boodschap af te leveren, deze man, die een wapenmeester is geworden, blijkt d'Artagnan, de laatste van de musketiers.
Boek 21 en 22 vormen samen een compleet verhaal.
