In de herfst van 794 krijgt Harald Larsson een zware klap te verwerken. Zijn clan wordt aangevallen, familie en vrienden worden vermoord of als slaven meegenomen. Dat gebeurt net op de dag waarop Harald zou trouwen met de mooie Lina. Maar Harald moet toezien hoe zijn meisje wordt geschaakt door Björn de Schone, een Svear (Viking) die door de zijnen is verjaagd en terugkeert om wraak te nemen op Larssons clan. Harald heeft nu nog slechts drie doelen in het leven: zijn vrijheid herwinnen, zijn verloofde terugvinden en zijn familie wreken. Het leven van Harald wordt dan ook bijzonder hard. Hij krijgt af te rekenen met de gure Scandinavische winters (door de Svears 'de straf van de slang' genoemd) en reist van Rome naar Aachen, constant op de proef gesteld door mensen en goden. Zijn tragisch liefdesverhaal is onlosmakelijk verbonden met een ontluikend Europa, want achter de bloeddorstige Björn de Schone schuilt ook de schaduw van Karel de Grote. De saga van zijn wraak zal zich verweven met het gevecht tussen Franken en Vikings, het contrast tussen hun werelden, hun beschavingen en hun godsdiensten.
